Taalbeleid

INTERACTIE BEGELEIDER - OUDER

 

We vinden het belangrijk dat de ouders goed weten dat ze voor een Nederlandstalig kinderdagverblijf gekozen hebben en dat ze op de hoogte zijn van het taalbeleid. Dit gesprek vindt al plaats bij het eerste contact.

 

Voor het opvangen van een kindje in ’t Sloeberke verwachten we van de ouders, dat er een zekere link is met het Nederlands. Wij geven er de voorkeur aan om kindjes op te vangen die later hun (gedeeltelijke) onderwijstraject verder zetten in het Nederlands.

 

 Eenvoudige gesprekken proberen we zo veel mogelijk in het Nederlands te voeren. In onze dagelijkse omgang spreken we de ouders steeds aan in het Nederlands, maar schakelen over naar een andere contacttaal als de ouders het gesprek in het Nederlands niet of niet voldoende begrijpen, met name voor complexe of gevoelige gesprekken. De boodschap is immers het belangrijkst.

 

Zo gebeurt de begroeting bij voorkeur in het Nederlands. Anderstalige ouders krijgen de kans om Nederlands te oefenen op een veilige manier (fouten maken mag). Door het Nederlands toegankelijker te maken voor anderstalige ouders, hopen we minder naar een andere contacttaal te moeten overschakelen.

 

Anderstalige ouders die in het kinderdagverblijf Nederlands gebruiken, tonen hun kinderen dat ze positief staan tegenover het Nederlands. Kinderen voelen dit respect. Omgekeerd geldt ook dat begeleidsters zich uitgesloten of verschillend behandeld kunnen voelen, indien anderstalige ouders zich uitsluitend richten tot de begeleidsters die hun taal spreken.

 

Indien de kinderen later naar een Nederlandstalige school gaan, hebben de ouders ook al een goede basis voor de communicatie met de juf of meester. Deze basis kan nog verbreden indien ouders Nederlandse taallessen volgen.

 

We gebruiken in de schriftelijke communicatie in ’t Sloeberke enkel het Nederlands en trachten met elke tekst duidelijke informatie te geven.

 

We trachten te werken aan een duidelijke schriftelijke communicatie, onder meer door een ‘slankere’ taal te gebruiken en eventueel de boodschap te ondersteunen met tekeningen en pictogrammen

 

We tonen respect voor de (thuis)taal van de ouders. 

 

 

 

Interactie BEGELEIDER - KIND

 

We stimuleren de taalontwikkeling van elk kind, van baby tot peuter. Dit doen we niet alleen op onthaal-, vertel- of zangmomenten maar de hele dag door. We houden rekening met het individuele tempo van elk kind. Zelf gebruiken we consequent het Nederlands in onze interactie met alle kinderen en we bieden hen een rijke taalomgeving. We hebben aandacht voor het thema ‘meertalig opgroeien’ en tonen in ons contact met de kinderen respect voor al de talen die ze gebruiken. We hebben aandacht voor elk kind (ook de stille kindjes) en respecteren de ‘gebruiksaanwijzing’ van elk kind (gezicht, gebaren, ogen, tijd nodig….).

 

Respect voor de taal is belangrijk, zowel voor onze taal als voor de taal van de ouders. Kinderen spreken in het kinderdagverblijf andere talen dan het Nederlands. Dat is geen probleem. Ze hebben op jonge leeftijd nog geen besef van de ta(a)l(en) die ze spreken. Wij trachten de kinderen altijd in het Nederlands aan te spreken.

 

Een goede moedertaalontwikkeling zal de taalverwerving van een bijkomende taal ten goede komen. Een kind jonger dan 3 jaar is zich niet bewust dat er verschillende talen zijn. Voor hem of haar is taalgebruik een automatisme, een reflex. Op jonge leeftijd schakelen kinderen nog onbewust over naar de diverse talen die ze horen / kennen. Geleidelijk zullen ze de diverse talen beter uit elkaar halen. Deze bewustwording kan soms duren tot de leeftijd van 8 jaar.

 

We geven ouders het advies om thuis de taal of talen te gebruiken waarin ze zich het comfortabelst voelen, dit is meestal hun moedertaal. We geven ook het advies om gestructureerd om te gaan met taal (één-persoon-één-taal, één-situatie-één-taal), thuis een rijke taalomgeving te geven (veel interactie, boekjes lezen, verhaaltjes, liedjes, enz…) en realistische verwachtingen te hebben over de taalontwikkeling van hun kinderen.

 

Kinderen die verschillende talen tegelijk leren, moeten heel wat informatie verwerken. Het is dan ook normaal dat ze een stille periode doormaken. Dit wil niet zeggen dat ze een taalachterstand hebben. Een kind kan verschillende talen beheersen, maar dit is aan bepaalde voorwaarden gekoppeld (realistische verwachtingen, rijk en gestructureerd taalaanbod enz.).